‘Snoei- en leitechnieken voor fruitbomen’. Tj 1997 (4) 36-37. Over het onderhoud van leifruit, ‘groene monumenten’
‘De vrijheid van een volkstuin’. OET 2003 (3) 26-27. Ruimte waar je op je eigen manier je gang kunt gaan wordt een schaars goed. De gemiddelde Vinex-tuin heeft een postzegelformaat, dus de mogelijkheden zijn beperkt en de buren kijken altijd mee. De gemiste vrijheid is voor sommigen te herwinnen door een volkstuin te nemen – maar ook daar gelden regels. In de praktijk blijkt dat volkstuinders juist veel samen doen, soms met opvallend resultaat.
‘Vensters openen; het grote werk van Rob Leopold‘. OET 2005 (4) 32-33. Afgelopen zomer, enkele dagen voor de Kwekerijdagen in Bingerden, waar je zeker wist dat je hem er zou tegenkomen, verliet Rob Leopold plotseling deze wereld. Nu het gevoel van verslagenheid enigszins is bezonken kan een eerste poging worden gewaagd te omschrijven wat hij voor de Nederlandse tuinkunst en nog zoveel andere gebieden heeft betekend.
‘MijnEigenTuintje: Leo’s slaapmutsje’. OET 2010 (1) 24. Velen hebben zich bezig gehouden met de kindertuin. Zo schreef Aafje Fokker in Een eigen tuintje! Wie werkt er mee? (Van Gorcum, Assen 1937). Het kind zou er ‘geduld, zin voor orde en regelmaat en doorzettingsvermogen’ door leren. Haar toon was dientengevolge nogal belerend.
‘Natuur werkt’. OET 2011 (4) 10-11. Het is wel eens verleidelijk en soms ook heel verstandig om in een tuin een tijdje niets te doen en te kijken wat er gebeurt. De natuur werkt echter volgens zijn eigen regels en het resultaat is niet altijd wat de tuinier verwacht.
‘Groeien op glas’. OET 2012 (3) 16-18. Bloembollen van dichtbij te kunnen bestuderen in hun groei en bloei was hoogstwaarschijnlijk de reden dat men ze op glazen ging kweken, in de verwarmde kas of in huis. Aanvankelijk werden daarvoor geen speciale glazen gemaakt.
‘De almanak en de fenologie’. OET 2014 (3) 30-31. De wisseling van de seizoenen en het optreden van bepaalde gebeurtenissen in de natuur vormen het onderwerp van de fenologie, de leer der (natuur)verschijnselen. Ze vormden het hart van iedere almanak, een jaarboek of kalender die nog veel meer aan bepaalde jaargetijden of data verbonden gebeurtenissen opsomde.
‘Alleen de verandering blijft’. OET 2014 (4) 4-5. Tuinieren met planten die zichzelf uitzaaien is geen nieuw idee. In de cottage garden werd dit principe al op grote schaal toegepast. Met een beplanting van zichzelf uitzaaiende een- en tweejarigen en meestal kortlevende vaste planten kon een zeer kleurrijk geheel ontstaan.
‘Overmoed’. OET 2014 (4) 28. We hadden een volkstuin, die er na vijf jaar noeste arbeid zo goed uitzag dat wij er wel een feestje durfden geven. Een maand later hoorden we dat we moesten vertrekken. In de omgeving werd een nieuwe tuin gevonden, met eromheen koeien, karpers en alles van de schoolplaat ‘Langs sloot en plas’.